woensdag, september 27, 2006

stilleven


Het moet niet altijd fruit zijn.
WC-emmer, urinaals en lavementkannen ... De glamour van de verpleging.
Wat ik echter met geen enkele foto kan duidelijk maken is hoeveel deugd je er als verpleegkundige aan beleeft iemand te helpen, ook bij de meest nederige taken.
Om maar te zwijgen van het plezier dat je een ander ermee doet, indien het respectvol gebeurt.
Want het zijn vaak deze details die voor patiënten het verschil maken. Tenslotte is het ziekenhuis voor ons een vertrouwd milieu, terwijl het voor onze klanten een traumatische en stresserende omgeving is.
Ook in de verzorging wordt steeds meer de nadruk gelegd op zakelijkheid, efficiëntie en rendement, en zodoende vergeet men in de opleiding soms te vermelden hoe belangrijk de kleine "dagelijkse" dingen wel zijn.
Niet over iemands hoofd heen praten, geen betuttelende verkleinwoordjes tegen oudere mensen, wat uitleg over onderzoeken en handelingen die voor ons routine zijn maar voor onze patiënten angstaanjagend vreemd.
Ik wil helemaal niet melig doen, maar ooit zei iemand : "Behandel je naaste zoals je zelf wil behandeld worden."
Belangrijker dan technieken en statistieken vind ik dat.
Over roeping mag je het niet meer hebben, dat is tegenwoordig blijkbaar een vies woord. Dienstbaarheid is er nog zo één.
Op voorwaarde dat het niet opgedrongen is om zo te zijn, zou ik niet weten wat daar mis mee is.

vrijdag, september 22, 2006

Dag en nacht

Dat omschrijft het nog het beste. Hij en ik, hoe we zijn, samen. Plezierig verschil.
Hij woont diep in de Westhoek in een groot en statig herenhuis. Sereen en sober ingericht met kwaliteitsspullen.
Ik in een tjokvol rijhuis aan de kust. Je kunt bij mij zó een documentaire komen draaien over rommelmarkten, kringloopwinkels, foute verzamelingen en kitsch.
We hebben om praktische redenen noodgedwongen een LAT-relatie, maar doen zoveel mogelijk alsof dat niet zo is.
Hij is gek op films met Woody Allen, ik vind dat meestal een neurotische zeurkous.
Geef mij maar Alice in Wonderland of Mary Poppins.
Rijden we na de cinema naar huis en lig ik in de wagen doezelend te verlangen naar ons warme bed , dan vindt hij dat de avond pas begint.
Spring ik 's ochtends bij het eerste krieken walgelijk welgezind het bed uit, vol voorpret over weer een nieuwe dag, dan draait hij zich kreunend om en vraagt zich luidop af wat ik moet, zo midden in de nacht.
Hij is proper, netjes, voorzienig, ordentelijk, planmatig, standvastig.
Ik ben absoluut geen van deze dingen. Ik probeer het soms hoor, maar hou het nooit lang vol.
Ik kan het niet helpen.
Smospot, sloddervos, sufkop, dromer, chaoot, that's me. Van enige doelbewustheid of planning heeft nog nooit iemand me kunnen beschuldigen.
En toch zitten we 's morgens innig tevreden samen aan tafel, Vriend en ik. Ik krijg van hem een onderlegger en extra groot bord, om redenen hierboven beschreven. Er wordt mij liefdevol doch dringend gevraagd of ik mijn natte haar al heb gekamd .(nee dus)
En alhoewel Vriend aan geen kanten op Hyacint Bucket (spreek uit Boekee) lijkt, voel ik me, voorzichtig balancerend met mijn koffiekop, een beetje als haar buurvrouw.
Natuurlijk valt er een klodder confituur net náást mijn bord, en als ik opspring om de schotelvod te pakken, stoot ik mijn koffietas om, op het pas gewassen tafelkleed.
Vriend rolt met de ogen en zucht berustend - hoe is het mogelijk. Ik weet het ook niet.
Klungelen is een gave denk ik.

woensdag, september 20, 2006

onhoekig


Ik ben dus een dik verpakt geraamte.
Als je op je gewicht wil letten moet je veel drinken.
Veel water drinken zeggen ze.
Pffff.
Zouden die lekkere speklapzeehondjes dat ook doen?
En drinken die dan zout water? Houden ze daar dan geen vocht van vast?
Dikke enkels zullen ze er alleszins niet van krijgen.

dinsdag, september 19, 2006

als diëten even niet lukt

Het was op een zomer in Watou, en ik vond het eerlijk gezegd een nogal gekunstelde, duffe bedoening.
Maar toen kwam ik hààr tegen :

Marjoleine de Vos

Ik werd direct helemaal huppelig.
En zin om te zwemmen, dat kreeg ik ook.
Dat kwam zo :
Ik las

Zeehond graag

Het liefst zou mevrouw Despina zeehond zijn.
Springen, poon verschalken, applaus
voor uw lenig spek dat overheerlijk
de kant op kletst, dik verpakt geraamte,
grootogige boksbal vol vis, lekkerbek.
Binnenin zat mevrouw Despina, veilig
in glad vel, waterafstotend vermomd
als onhoekig dier, elegant toegerust voor
poolstorm en schotsen. Lachend heft ze
haar snor boven water, poseert voor
verrekijkers, zont op een zandplaat.
Gooit het leven haar juichend de lucht in
stuitert ze op zeewaardige kussens
haar vrolijk vet maakt elke landing zacht.

Om 100 keer te lezen en nooit beu te worden.
Om traag van te genieten, woord voor woord, zin per zin.
Om in te kaderen en boven de weegschaal te hangen.
Om te proeven, elk woord.
Om toch tevreden terug te kijken op die landerige middag in Watou.

vrijdag, september 15, 2006

non-addict

Mijn ma zegt dat ze er al bij waren toen ik ter wereld kwam, maar voor mij begon het met de nonnen van de kleuterschool. Die lieten alleszins een onuitwisbare indruk na. Er waren op mijn school verschillende naamloze zusters, die in de boomgaard, de boerderij, de moestuin werkten. Voorovergebogen in vele lange lagen grijs en zwart, en mét kap. Toen nog wel. Sommigen leken in mijn kleuterogen zo oud als de wereld.
En dan was er Zuster Damilde : imposant, dreigend, maar toch niet angstwekkend. Toen ik de eerste keer naar school stapte -bibberig aan de hand van mijn moeder- stond ze in vol ornaat aan de schoolpoort en vroeg de namen van de nieuwelingen. Ze hoorde die van mij, monsterde mij en mijn moeder uitgebreid en tergend langzaam, rolde met haar ogen en bulderde : "Ha! Zijt gij een De Beauvais! Uw pa zat bij mij in de klas!"
Ik was pas 3 maar besefte al heel goed dat dat duidelijk niet in mijn voordeel sprak.
Vervolgens Zuster Tartitia. Ik denk dat wij de enige zuster ter wereld hadden met die naam. Het duurde als kleuter lang voor je hem foutloos kon uitspreken, en sommigen slaagden er nooit in. Daardoor was ze waarschijnlijk ook de zuster met de meeste namen ter wereld. Zij zorgde voor de derde kleuterklas. Hoger ging ze niet, misschien om te vermijden dat haar leerlingen groter werden dan zijzelf, ze was héél klein. Het was een status op school : groter dan zuster Tartitia. Als het een beetje meezat kon je die al bereiken vanaf het tweede leerjaar.
Hoe ouder ik werd, hoe strenger de nonnen, althans naar mijn gevoel. Het zal wel nodig geweest zijn zeker.
Mére Marthe van de middelbare spant voor mij de kroon van onbereikbaarheid en onmenselijkheid, ze mag zonder repeteren direct meedoen in een goeie ouderwetse kostschoolfilm als onhebbelijke directrice.
In de verpleging ben ik er uiteraard ook heel wat tegengekomen, zowel in de opleiding als later op het werk. Er waren keiharde tantes bij.
We werkten indertijd nog met kwikthermometers, en ik had het ongeluk er in korte tijd 2 te breken. Bij het afhalen van een nieuwe maakte ik kennis met Zuster Marie-Rosa die met de hand op de knip het economaat bestuurde. Ze gaf me een donderpreek van minstens een kwartier over de verspilzucht, onhandigheid, onverschilligheid en en passant ook over de lichtzinnigheid van de jeugd van heden waarbij ik me -volwassen of niet- direct weer zes voelde en enkel deemoedig "ja zuster, nee zuster" kon mompelen.
Zuster Annette was de eerste die ik aan de andere kant tegenkwam. Als zorgbehoevende. Breekbaar en verward. Maar wat een leven had ze achter de rug! Ik zag vergeelde foto's van 60 jaar oud van een knappe Masoeur Annette met sandalen en opgeschorte rokken op een zware motor. Zo reed ze dagelijks vele kilometers door de Kongolese brousse naar afgelegen missieposten.
Zusters, nonnen, masoeurs, het is een ras apart, maar ze kunnen bij mij wel een potje breken

maandag, september 11, 2006

mijn monumentmoment


Als je geen Oostendenaar bent weet je waarschijnlijk niet dat hij bestaat : de synagoge in de stad. In de schaduw van de grote St. Jozefskerk, verscholen tussen statige rijhuizen staat hij daar echter al zo'n kleine 100 jaar zichzelf te zijn.
De open monumentendag gisteren was de gelegenheid om hem ook eens langs de binnenkant te zien.
We hadden het geluk dat de gids een begeesterd man was. Hij vertelde ons onder andere over de thorarollen, allemaal met de hand geschreven door Masoreten! Geen enkel foutje mag er gemaakt worden, geen komma, geen punt mag verkeerd staan. De rollen worden bewaard in de ark en gebracht naar de bima om voorgelezen te worden.
Weldra is er het Joodse nieuwjaar Rosh HaShana en dan wordt er in de synagoge 100 maal geblazen op de sjofar. Dat klinkt allemaal zo exotisch, en toch gebeurt het vlakbij, in mijn eigen stad, al bijna een eeuw lang.
De gids had het ook nog over Joodse toeristen uit Duitsland, Rusland, van over heel Europa eigenlijk, die begin vorige eeuw naar de Koningin der Badsteden afreisden voor 2 lange zomermaanden, en hier dan in hun eigen gebedsplaats de dienst konden volgen.
Ondertussen deed het weer ook z'n duit in het zakje en de zon maakte van het glas-in-loodraam met Davidster een spetterend vuurwerk van kleuren.
De rabbijn was er en voldeed volledig aan mijn romantische verwachtingen : hij zag er net zo uit als op de foto's van Maharal. Hij legde ons uit waarom alle mannen van ons gezelschap bij het binnenkomen een keppeltje hadden gekregen.
Alles was zo meeslepend dat ik bijna verwonderd was toen ik achteraf gewoon weer op de Oostendse stoep stond.

zondag, september 10, 2006

De filantroop

Ik smijt argeloos en volledig ter goeder trouw een onooglijk stokje,lang geleden zelfs, en krijg als represaille een boek toegeworpen. Een nog te schrijven boek wel te verstaan.
Het eerste deel kun je lezen bij de heer De Keizer

Hierbij deel 2

Wat een stralende ochtend! Het licht in september is zo mooi, veel zachter dan in de zomermaanden. Els kijkt door het raam van de keuken de tuin in en geniet van haar koffie en de stilte in huis.
Even maar, want dan staan de kinderen op, als 4 wervelwinden rollen ze de trap af en tollen door het huis. Boekentassen zijn zoek, lievelingspennen kapot, haar staat alle kanten op, sokken zijn onvindbaar en confituur wordt op een proper t-shirt gemorst.
Het is met andere woorden een doordeweekse ochtend. De laatste plooien en haren worden tenslotte door Els aan de keukentafel vakkundig glad gestreken. Na het ontbijt nog vlug een laatste keer Latijnse woordjes overhoren bij de oudste en dan trekt de storm verder, de straat in, de hoek om, naar school. Els neemt haar lunchpakket, het is voor haar ook tijd om te gaan. De bejaarde buurvrouw heeft haar dagelijkse boodschappenbriefje al klaar, en na een kort praatje rijdt Els op de fiets de straat uit.
Terwijl ze geniet van de korte rit dwalen haar gedachten af.
Hoe zou het met haar collega Philip zijn? Hij lijkt de laatste tijd nog chagrijniger dan anders. Ze probeert hem soms op te monteren of af te leiden met prietpraat over de kinderen, maar hij is er met zijn gedachten nooit bij. Ze heeft zich al wel eens ingebeeld dat ze hem gewoon vastpakte en knuffelde. Misschien zou dàt hem uit z’n lethargie halen? Ze glimlacht breed bij het idee, want ze weet best dat ze dat nooit zou durven.
De geur van vers brood waait door de open deur van de bakker de straat in, Els zwaait terug naar de postbode, draait de laatste hoek om en daar heb je de fabriek al.
De poort staat wijd open, verwelkomend als een vriendelijke slokop.
Op het bureau schenkt Els een kop koffie in en gaat bij Philip aankloppen.
Daar ziet ze meteen dat er iets helemaal mis is. Hij zit wezenloos voor zich uit te staren . Hij reageert niet op haar vragen en kleine zweetpareltjes beginnen zich af te tekenen op zijn bovenlip en voorhoofd wanneer hij haar met trillende vinger iets aanwijst in de krant die voor hem ligt.

Ziezo, deel 1 en 2 leg ik ter inleiding op de stoep bij Alcyon, fris en vol inspiratie als hij is na een week aan zee, zal hij het daar wel vinden als hij thuiskomt. Ik ben benieuwd hoe dit verder gaat!

donderdag, september 07, 2006

pimp my bike

Mijn fiets komt van een fietsenmaker. Niet van een gewone vélowinkel, of erger nog, een grootwarenhuis. Nee, van een fietsen-maker. Die mààkte dus hoogstpersoonlijk mijn fiets. Hij nam de maat, ik mocht kleur - dat vinden de madammen altijd het belangrijkst monkelde hij -, zadel, stuur, pedalen, aantal versnellingen, allemaal zelf kiezen. Ik rij er ondertussen al vele jaren mee en ben er wreed content van.
Ik weet niet of er nog veel van zijn, van die fietsen-makers, die van mij is 77 jaar en ik hoop oprecht dat hij 100 wordt.
Je kunt zijn Heiligdom betreden via een grote houten poort, waarna je op een binnenplaats komt die volgestouwd is met fietsen (ha ja!) van alle rang en stand. De allernieuwste Easy Glider van Gazelle - mét trapbekrachtiging - naast een fluogeel geverfde kotstudentfiets. Bij sommige heb je de indruk dat er niks aan mankeert, van andere vraag je je af of daar nog mee kan gereden worden.
Rechts staan de fietsen waar nog aan te werken is, links de afgewerkte. De linkse allemaal met een opgeplooid papiertje tussen de bel. Als er geen bel meer is hangt mijn fietsenmaker er een nieuwe aan, on the house, hij moet toch érgens de rekening steken.
Tussen deze hoop ineengestrengelde rijdieren door, murw je je een weg naar de eigenlijke tempel, het Atelier!
Een grote ruimte waar een stuk of 3 fietsen in alle staten van herstelling geduldig aan plafondhaken hangen te wachten. De muren volledig onzichtbaar wegens bedekt met rekken en bakjes en planken, alles gevuld met vijsjes en moeren, remkabels, netjes samengebonden spaken, opgeplooide binnenbanden, reflectors, pedalen en onderdelen waar ik het bestaan noch de werking van ken. En fietsbellen uiteraard.
De man zelf heeft borstelig spierwit haar en dito wenkbrauwen, diepe rimpels in z'n gezicht, fietsvet overal en een glimlach van het ene oor naar het andere. Wel beetje een scheve, hij moet namelijk zorgen dat zijn onafscheidelijke zelfgerolde sigaret niet uit z'n mondhoek dondert.
Als ik zijn vrouw mag geloven begint hij 's morgens om halfacht en gaat door "tot het gedaan is", en dat is soms 23u!
Ik ga elk jaar voor mijn gratis check-up, en dan passeren wij een aangenaam uurtje of wat tesamen, ik op een morsig krukje temidden die wonderlijke wereld, hij sleutelend aan 3 fietsen tegelijk.
We hebben het op zo'n momenten over het leven, de liefde, en over fietsen natuurlijk.
Er is maar 1 ding wat ik hem niet durf zeggen : ik zou zo graag nieuwe fietszakken kopen. Ik weet ze al een paar weken liggen in een kitschwinkeltje in de stad. Van die hele grote fleurige, gemaakt uit Mexicaanse toile sirée; in rood, oranje, helblauw, met opzichtig grote bloemmotieven op. Dat zou nogal wat anders zijn dan die duffe grijze canvasdingen die ik nu heb. Maar dat zou hij heiligschennis vinden, mijn fietsenmaker, ik weet het bijna zeker.
Ik wacht nog maar even.

dinsdag, september 05, 2006

ingeboren


Gisteren met Jongste naar de bib en vandaar rechtstreeks de dijk op. Heerlijk zonnig, en ondanks dat: het strand verlaten, als je een verdwaalde hondwandelaar niet meetelt.
Alle strandcabientjes stil in het gelid, ze zien er zelfs wat schuldbewust uit vind ik, alsof zij het kunnen helpen dat ze de hele maand augustus nutteloos waren.
Een jobstudent smijt nijdig de huur-ligzetels op z'n steekkar. Die had op een lamlendige septemberjob gerekend en moet nu met dat warme weer toch de hele zwik buiten- en binnenzetten.
Op de zeedijk zelf nog veel passage. Jongste en ik zetten ons wat, en kijken mensen, oude mensen met hondjes, jonge mensen met kindjes. Want dat zijn de categorieën die nu vertegenwoordigd zijn : de hele middenmoot is afwezig wegens schoolgaande jeugd.
Toch raar, dat die éne week zo'n verschil maakt. Van kakelende, opzichtige drukte naar ingetogen genieten.
Mmm, ik hou ervan als de stad en de zee langzaam weer van ons, de inboorlingen worden.

vrijdag, september 01, 2006

beter een goede buur dan een verre vriend


Klopt niet altijd. Deze vriend(en) wonen in Frankrijk, in een onooglijk, godvergeten dorp in de Champagnestreek, en ze zijn de eigenaars van een haast legendarische gastvrijheid.
Zo gebeurde het dat we daar een tijdje geleden met 5 meisjes arriveerden : vriendin 10 en ik met onze dochters.
Paar dagjes weg. Paar zalige dagjes.
Met de tent in de tuin van Mireille. We leven buiten. We bezoeken kerken en marktjes, we stappen door tarwe-, maïs- en zonnenbloemvelden en bekijken kerkhoven. (10 heeft daar namelijk een onverklaarbare passie voor)
We maken lookboter, eten tomaten recht van de struik, steken eigenhandig de barbecue aan - zónder zipblokjes - daar zijn we best trots op; plukken bramen tot onze vingers blauw zien, eten Mireille's zelfgebakken appeltaart en drinken champagne.
We lopen als kleine kinderen in het gras langs de waterkant en laten daardoor tientallen kikkers met een grote plons vanaf de berm het water induiken. Elke keer als we daar langskomen is er wel iemand die de truuk opnieuw uitvoert, en elke keer lukt ie.
We gaan in een café absinthe drinken, mét bijhorend ritueel, we bewonderen de uitgestrektheid van alles, maar vooral verwonderen we ons over de rust. Wat een oorverdovende stilte!
Alles lijkt hier ook zo authentiek, hier liggen nergens nieuwe vloertjes en zitten geen plastieken ramen in de huizen. Met de bekende Franse slag laten ze alles zoals het is en dat is nu net zo charmant!
We maken wilde plannen als we horen wat een prachtige boerderij met erf hier maar kost, en geven in gedachten al workshops in ons gerenoveerde vakantiehuis aan gegoede dames met tijd en geld op overschot in mandala-tekenen, macrobiotisch koken, pottenbakken en schaduwborduren, totaal niet gehinderd door enige kennis van zaken op ook maar één van die gebieden.
We lezen boeken en vertellen ze aan mekaar, we spelen gezelschapsspelen en we zingen. Ja Pierre , ook alle gekende kerkelijke liederen passeren de revue. 10 en ik zijn oud-chiroleidsters én oud-kerkkoorleden, de dochters kregen het met de paplepel mee, ons repertoire is behoorlijk uitgebreid, we zingen wat af, meerstemmig of in canon, geen probleem!
Hoewel we op een redelijke afstand van het woonhuis zitten, jaagt Mireille die eerste avond Patrick het echtelijke bed uit omdat ze ervan overtuigd is dat hij de televisie vergat uit te zetten. Als dat geen compliment is!
De lekke band en de file op de terugweg nemen we er zonder morren bij. Dat is een kleine prijs voor 5 dagen wellness. Tot gauw Mireille!